Vertalingen jour des noces FR>NL
| jour des noces (m) | de bruiloft ; bruiloftsdag (znw.) ; het bruiloftsfeest ; de huwelijksdag (m) ; het huwelijksfeest ; de trouwdag (m) ; de trouwerij (v) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `jour des noces`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: noce